Het buurtschap ligt troosteloos aan zee
haar armen laten zich ver strekken
de leeuwerik mag een lied verwekken
een dichter neemt de klanken mee
ik ben gebleven tot het niet meer ging
de eenzaamheid verfde mijn handen groen
van sneeuwklokjes en meerminlokken
ik heb mijn schoenen aangetrokken
en besloten dat ik er niets meer aan kon doen
want deze stilte past precies bij jou
ik kan immers geen jaren wachten
en ik moet schreeuwen bij de gedachte
dat ik nooit kon wennen aan zoveel blauw.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten